Mijn werkwijze:

Thema: Chaos (Geometrische Chaos)
De taal van mijn werk is gebaseerd op de mathematische vormen uit de chaostheorie.
Ik beweeg tussen strak en concreet, consequent zijn en willekeur/ vrijheid. (Intuïtie) Waarom heb ik die behoefte om deze bewegingen te maken? Waar komen ze vandaan?
Het falen, mislukken en fouten maken beschouw ik als een medium. Ik twijfel altijd wel of ik me dan slachtoffer van dit falen deze mislukking voel of niet.
Het vierkant is voor mij harmonie. Ik vind het een mooie vorm. Het vierkant als drager (linnen/opgespannen) van mijn werk bvb. 120-120cm. Ik verdeel dit in 4x30cm of 6x20cm horizontaal en verticaal. Er ontstaan 16 vierkanten van 30cm of 36 van 20cm. Deze vierkanten deel ik door de midden zodat er 2x zoveel ontstaan en dan deze weer door de midden enz. bij iedere laag vul ik willekeurig de vlakken in met een willekeurige kleur.
Momenteel verdeel ik bv. de 16 vierkanten in vier delen waarvan ik bij alle 16 een vierde deel inkleur, op zo’n manier dat ieder vlak horizontaal en verticaal per vier delen als eind resultaat een vierkant vormt.
Ik maak een bedacht en overwogen raster/stramien voor iedere laag Eén en deze lagen vul ik intuïtief in zowel de kleur als de vorm van het vlak. Bij mijn werk gaat het vooral om de plaatsing van kleuren en onderlinge verbindingen. Ik streef ernaar om dit zo onvoorspelbaar mogelijk te laten verlopen.
Deze vlakken kunnen vierkant, rechthoekig, klein of groot zijn. Door de gelaagdheid en het contrast krijg ik diepte. De dieptes zijn wel te zien in mijn meest recente werk maar door de vereenvoudiging, het weglaten van de organische vormen ontstaat meer platheid.
Schildertechnisch breng ik over de gekleurde vlakken een witte transparante laag aan om de diepte sferisch te versterken. De gelaagdheid is dun over elkaar heen gebracht met acryl en over deze gelaagdheid heb ik met olieverf de toplaag aangebracht.
Door de vele lagen krijg ik een effect dat chaos lijkt. Eigenlijk bestaat het beeld uit lagen die plat en eenvoudig zijn.